De Teralfenaars hoeven niet verlegen te zijn om hun bijnaam. Men zou haast kunnen zeggen dat hij een eretitel is, want het woordje zot betekent hier niet zwakzinnig of gek, maar wel plezant, grappig, speels, …
Een buschauffeur die regelmatig met mensen uit de streek op reis gaat, zegt het zo: “Ik ga graag met Teralfenaars op stap, met hen wordt het altijd een plezante boel en daarom verkies ik ze boven de anderen”. Nadien vertelt hij het volgende verhaaltje dat nog steeds de ronde doet in het Pajottenland:
“Toen God, de Vader, en St.-Pieter op weg waren om alle dorpen te plaatsen kwamen ze aan de Dender. Nu gebeurde het dat Teralfene vanboven lag in de kruiwagen die St-Pieter voortduwde, alhoewel het dorp bestemd was om naast Geel te liggen. Bij het oversteken van de rivier kreeg de kruiwagen zo’n stoot dat Teralfene eruit viel en bleef liggen waar het nu is. Het voornemen van Teralfene bij Geel te plaatsen, is voldoende geweest om te besluiten dat Teralfenaars ze alle vijf niet zouden hebben. De leuze werd bij gevolg Teralfene Zot.”
De Teralfense muziekharmonie organiseert jaarlijks nog de verkoop van het Zotsbeeldje. Vele Teralfenaars wagen dan een bod in de hoop het beeldje een jaar lang in hun woonkamer te laten pronken!
Naar: Van Liedekerke, P., Teralfene tussen Alfnam en Affligem, 1985.